Dit is de klassieke vorm van sonderen. De opgeleverde resultaten
zijn voldoende voor de berekening van conventionele fundeersystemen
(zolen, platen, put- of paalfunderingen). De exacte herkenning
van de grondlagen is evenwel twijfelachtig. De opmeting van
het grondwater is rudimentair en niet echt betrouwbaar. Aan
deze tekortkomingen kan intussen worden tegemoet te komen door
de keuze van electrische sonderingen.
Bij de mechanische sonderingen zit de conus vast op het onderuiteinde
van een reeks modulaire, mechanisch neerdrukbare binnenstangen,
welke vrij kunnen glijden in holle mantelbuizen van getrokken
staal. Deze binnenstangen hebben een diameter van 15 mm, de
mantelbuizen hebben dezelfde buitendiameter als de conus (35,7
mm). Door middel van een bovengrondse oliekamer, welke voorzien
is van een manometer, kan men op elk ogenblik uitgeoefende
kracht op de mantelbuizen en op de binnenstangen opmeten.
Men gaat als volgt tewerk :
· Men verhoogt de hydraulische drukkracht op het bovenuiteinde
van de binnenstangen waardoor deze onafhankelijk van de mantelbuizen
neerwaarts bewegen met een snelheid van 20 mm/sec.
· De weerstand Qc die men op dat ogenblik opmeet geeft
de puntweerstand van de gesondeerde grondlaag. Men drukt ze
uit als een druk qc [N/mm² of MPa] na deling door de conussectie
(1000 mm²)
· Na enkele centimeters raakt de nok van de binnenstang
de nok van de buitenstang. Vanaf dan wordt de hydraulische
drukkracht uitgeoefend op het bovenuiteinde van de mantelbuizen
welke dan aan zelfde snelheid neergedrukt worden. De onderkant
van de mantelbuizen komt weldra terug in contact met de conus
en drijft deze verder mee neerwaarts tot een indringing van
20 cm werd bereikt (soort rups-beweging). De weerstand die
men in deze laatste faze meet geeft de totale indringingsweerstand Qt [kN].
· Door Qc af te trekken van Qt verkrijgt men de totale
zijdelingse wrijving Fl [kN] van de grond.
· Per laag van 20 cm registreert men dus 2 waarden
: de puntweerstand qc en de totale wrijvingskracht Fl.
· Naarmate het induwen van de conus vordert worden
extra buizen bovenaan modulair aangeschroefd.